De lullige rugtas
— 12-01-2018Tijdens de kerstinkopen trad er bij mij een zelfwegcijferend mechanisme in werking. Je gaat nu eenmaal niet voor jezelf shoppen als je cadeaus zoekt voor je familie. Ik baande mij een weg door de menigte in winkeltjes aan de Lange Groenendaal. Tot plots mijn oog viel op het antwoord op al mijn bagagevragen; een mooie, leren rugtas. In mijn verbeelding paradeerde ik ermee door de straten en zou iedereen mij benijden. Zelfs de vele kauwtjes die de stad rijk is, zouden bewonderend kwetteren. Maar ik corrigeerde mijzelf; pas als ik ná de feestdagen nog steeds aan de tas dacht, mocht ik hem kopen. De dagen daarop schoot de tas regelmatig door mijn hoofd. In het nieuwe jaar stoof ik naar de winkel. En ja, ja, JA! Mijn tas lag er nog! Resoluut legde ik hem op de toonbank. “Deze wordt het.” Achter de balie stond een potige vrouw met een kort, pittig kapsel. “Vóórdat je hem zomaar koopt,” zei ze onheilspellend, “zou ik ‘m eerst even passen. De banden zijn nogal kort. Bij veel mensen staat dat ongelóófl ijk lullig, zo’n grote tas in de nek.” Met een zekere tegenzin deed ik de tas op mijn rug en nog voordat ik de spiegel had bereikt, riep ze: “Ja, zie je? Echt ongelóófl ijk lullig. Geen gezicht!” Overdreven bulderde ze van het lachen. Beteuterd bekeek ik mezelf in de spiegel. Ik vond het meevallen, maar Kort en Pittig bleef bij haar standpunt. “Ik ben het liefst gewoon eerlijk”, voegde ze daaraan toe. Beïnvloedbaar als ik kennelijk ben, zette ik de tas terug in het schap. Teleurgesteld verliet ik de winkel. Maar de volgende dag besloot ik: NIKS ERVAN! Dán maar geen gezicht; die tas is van mij! U raadt het al… Hij was verkocht. Waarschijnlijk loopt Kort en Pittig nu met mijn lullige rugtas in haar nek. En ook ik ben het liefst gewoon eerlijk… Als ze nu een douche krijgt van een zwerm Goudse kauwtjes, zal ik eens voordoen hoe een échte bulderende lach hoort te klinken.