Papieren Tijgers weer van start
— 06-09-2019De Papieren Tijgers zijn weer terug van weggeweest. Na een korte vakantie periode pakken de tijgers de draad op vanaf hoofdstuk 55. Johan Weeber die tot voor kort in de Goudse gemeenteraad zat voor Gouda Positief baseerde zijn boek op ware gebeurtenissen tussen 2010 en 2018. “Uit respect voor sommige politici zijn bepaalde zaken in dit boek verzonnen. Uit respect voor de kiezers is al het overige zo waarheidsgetrouw mogelijk opgeschreven.” Het boek verschijnt als feuilleton in deGouda Digitaal.
55. Twee kandidaten
Die zondagochtend zitten we weer in het diepste geheim in het Falch Hotel buiten de stad. Aan dezelfde tafel als de avond ervoor, er zijn twee van die typische Falch stoelen bijgeschoven. Thuis lag iedereen nog te slapen toen ik stil het huis uit sloop. Ik kreeg onderweg een paar vragende appjes van Detta of ik wel thuis geweest was vannacht en hoe laat ik wel niet denk thuis te komen. We proberen vanochtend naarstig de hoofdlijnen van een akkoord op papier te krijgen. Deze keer zijn Hildegonda van de Grünen en Lara van de Liberalen aangeschoven. Ik heb nog steeds Karel Koning niet ingelicht over het “tweede bord” waarop John en ik inmiddels vol op aan het schaken zijn. Ik wil eerst zeker weten of het gaat lukken. Maar daar begint het nu toch wel op te lijken. Hele delen uit ons verkiezingsprogramma worden moeiteloos overgenomen door de anderen. De strijd die we vier jaar lang gevoerd hebben over de gemeentefinanciën wordt in een klap geneutraliseerd. Er wordt een leningenplafond afgesproken, een strak aflossingsschema en de OZB verlaging krijgen we er ook in. Ook andere zaken op het gebied van Economie en Veiligheid worden grotendeels overgenomen. Zaken waarom we de afgelopen vier jaar lang hard zijn uitgelachen worden nu omarmd als goede ideeën: “Jullie hadden natuurlijk gelijk, maar dat konden we natuurlijk niet toegeven, dat snappen jullie wel toch?”
Ik weiger dat te snappen en kan mijn ergernis soms nauwelijks verbergen. John daarentegen kijkt me af en toe aan met een nauwelijks verholen triomfantelijke blik. Het enige onderwerp waaraan Romero absoluut geen concessies wil doen is het armoedebeleid, waarmee extra geld naar de armste gezinnen van Solingen kan vloeien. Lara, John en ik zien hier niets in. John vraagt op enig moment in de discussie of het niet beter is gezinnen uit de armoedeval te halen door deze mensen aan een baan te helpen. Romero schenkt koffie bij en zegt dan: ”Nee, want dan ben ik ze over vier jaar kwijt want dan stemmen ze allemaal Liberaal of SSS. Als ik deze mensen afhankelijk van de gemeente houdt blijven ze SDAP stemmen.” Vol ongeloof kijk ik hem aan maar hij meent het. Lara heeft eerder met hem onderhandeld en zegt tegen John en mij: ”Tja, dat was vier jaar geleden ook al een breekpunt van hen in de onderhandelingen.” Romero zegt joviaal: “Maar wat mij betreft krijgt SSS gewoon hun wethouder Financien en Economie, en John, dan kun je vast wel elders nog bezuinigingen vinden om dit armoedebeleid te dekken.” De anderen knikken. Het lijkt wel of “De Vier” al hun principes overboord hebben gezet om toch vooral mee te kunnen besturen.
We krijgen op bijna alles onze zin. Het onderhandelingsresultaat op dit schaakbord is nu al oneindig veel beter dan op dat van de “De Acht.” Rond het middaguur zijn we klaar voor overleg met de achterban. Die avond willen we gaan ondertekenen en een persbericht uitsturen. John en ik moeten wel garanderen dat we Karel Koning meekrijgen in onze toetreding tot “De Bende van Vier”. Daar wordt door de anderen ernstig aan getwijfeld, Karel is immers de geestelijke vader van een coalitie met “De Acht” en had daarin voor zichzelf vast al een mooie wethouderspositie bedacht. We besluiten om Karel ook uit te nodigen vanavond, dan kan hij mede ondertekenen. Ik zeg: ”Ik wil wel ondertekenen vanavond, maar het persbericht kan pas morgen in de loop van de dag uit.” Vragende blikken van de anderen. “Ja, wat denk je, dat ik wil dat de zeven andere fractievoorzitters in de krant moeten lezen dat we met de onderhandelingen zijn gestopt? Nee, dat ik wil ik ze zelf morgenochtend rechtstreeks meedelen.” “Nou, Joop, dat wordt een leuk belrondje..” zegt Daisy terwijl ze somber naar het nepboeket op tafel staart, de anderen knikken instemmend. Omdat ik moet werken spreken we om 20:00 af bij mij in de winkel.
Als ik terugrijd uit Neukirch bel ik vanuit de auto Karel Koning: “Karel, ik moet je iets vertellen…” begin ik licht gespannen, er zit een vibratie in mijn stem. Ik vertel het hele verhaal. Karel zegt niets maar luistert. Als ik klaar ben zegt hij geïrriteerd: ”Ik wíst het wel, ik wist het wel dat die John van jullie iets in zijn schild voerde, hij is gewoon niet te vertrouwen, ik snap niet dat jij daarin meegaat.” Ik hoor hem slikken als hij vervolgt:” Maar Joop, als dit is waar onze gezamenlijke fractie de voorkeur aan geeft, dan heb ik mij daarin te schikken, nietwaar. Ik ben erbij vanavond, onder één voorwaarde.” Ik luister. Karel vervolgt: “Dat ík wethouder namens SSS/SV kan worden in die nieuwe coalitie…” Terwijl ik de auto parkeer onderbreek hem: ”Karel dat is een toezegging die ik natuurlijk niet kan doen. Je kunt je wel kandideren, en dan moeten allereerst onze besturen een besluit nemen.” Karel bromt een verwensing, ik denk een schoorvoetend “OK” te horen en we hangen op. Vervolgens bel ik onze fractieleden en het bestuur die zonder uitzondering opgelucht zijn dat we uit “De Acht” gaan stappen. Nu blijkt dat ze daar eigenlijk nooit in geloofd hadden.
Dan belt John: “Joop, je hebt het vast wel gemerkt, maar ehm, onze toekomstige partners willen heel graag dat ik wethouder Financien en Economie wordt. Ik heb uiteraard niets toegezegd maar ik heb na lang denken besloten dat ik mijzelf wel wil kandideren, als de partij dat ook goed vindt. Niet voor mezelf, want dan kan ik oneindig veel beter in mijn maatschap actief blijven, maar voor Solingen. ” Ik zeg: ”Ik snap je wel. Maar we hebben nu wel een luxe probleem, want we hebben nu twee kandidaat wethouders, Karel wil namelijk ook. En dat terwijl in ons verkiezingsprogramma staat dat we alleen maar externe, niet politieke wethouders willen.”
Door Johan Weeber