Weekblad deGouda Archief

Papieren Tijgers deel 52

Johan Weeber die tot voor kort in de Goudse gemeenteraad zat voor Gouda Positief baseerde zijn boek op ware gebeurtenissen tussen 2010 en 2018. “Uit respect voor sommige politici zijn bepaalde zaken in dit boek verzonnen. Uit respect voor de kiezers is al het overige zo waarheidsgetrouw mogelijk opgeschreven.” Het boek verschijnt als feuilleton in deGouda Digitaal.

52. Zwarte Kousen

Er zijn best veel klanten in de winkel en op straat die me aanspreken op de “Coup”  die de acht gepleegd hebben op de gevestigde partijen. De laatste dagen is hierover elke dag wel een artikel verschenen in de kranten, dus je kunt het ook bijna niet missen. Er zijn wel duidelijk twee kampen. Ik heb het idee dat klanten waarvan ik het vermoeden heb dat ze christelijk zijn, me met meer enthousiasme begroeten dan normaal. De meer progressieve klanten spreken soms hun zorgen uit: ”Mogen we straks nog wel op zondag bij jou winkelen, als deze zwarte kousen coalitie doorgaat?” Sommigen denken zeker te weten dat de stad op slot gaat met zoveel christenen aan het roer. Ook mijn medewerker Hamza, die islamitisch is en op onze Farid gestemd heeft, net als honderden andere Solingers met Marokkaanse roots, is sceptisch over de beoogde samenwerking. Ik probeer niet inhoudelijk in te gaan op kritische persvragen, zeg slechts dat het een kwestie van onderhandelen is, en dat uitkomst nog ongewis is.  Op de lokale omroep bagatelliseer ik de verschillen die er tussen de acht partijen bestaan: “Op lokaal niveau gaat politiek vooral over praktische oplossingen voor problemen, veel minder over politieke dogma’s”. Dat komt me op kritiek vanuit de fractie te staan: ”Waarom hebben we mensen dan overtuigd om vooral op ons te stemmen en niet op die anderen?” Daar heeft de fractie natuurlijk een punt. Maar, ik heb geleerd dat bij het smeden van coalities het vooral zaak is op zoek te gaan naar overeenkomsten in plaats van verschillen tussen partijen.

Toch heb ik zelf wel degelijk mijn twijfels of deze erg brede coalitie gaat slagen. We zitten op een mooie zaterdagmiddag op een geheime locatie, het monumentale stadhuis van Ohligs, voor de derde keer al bij elkaar onder voorzitterschap van formateur Von Kirch, de burgemeester van het stadje. Hij begint elke bijeenkomst met eerst een “rondje langs de velden”, dat wil zeggen dat iedereen mag zeggen hoe hij of zij daar nu zit. Er moet een band gesmeed worden, vindt Von Kirch. Leo Prins van Christ! trapt af met zijn zalvende stemgeluid: “Ik wil graag benádrukken hoe belangrijk ik deze bijeenkomsten vindt. Ik ben zelf vanaf mijn vijftiende politiek actief, en dit is voor mij een persoonlijk hoogtepunt. Ik ben nu alweer twintig jaar werkzaam in de financiële sector, maar heb daar nooit de passie uitgehaald die ik voor de politiek voel. Ik ben  echt dag en nacht met christelijke politiek bezig. Ik ben enorm gemotiveerd om straks een rol te gaan ….” Nee toch, denk ik, hij is nu al aan het solliciteren naar een positie als wethouder straks. Ook Von Kirch merkt dat gelukkig op en kapt hem af: ”Voordat we het over rollen kunnen gaan hebben moeten we eerst nog een programma opstellen waar we ons allen in kunnen vinden, mijnheer Prins.” Ik ben aan de beurt: “Allemaal prima, maar we hebben nu twee keer allerlei persoonlijks met elkaar gedeeld. Ik wil nu wel eens zakelijk aan de bak. De verkiezingen zijn nu een maand geleden, de hele stad wacht op ons. Ik vind dan ook dat we tempo moeten draaien.  Beginnen met het uitwerken van de thema’s zoals we die vorige keer geformuleerd hebben. SMART formuleren van onze doelstellingen en vervolgens op zoek naar de juiste mensen die de klus kunnen gaan uitvoeren en daarop afgerekend willen worden. ” Na deze zin kijken vooral Cora Kerkuil van de Tierpartei en Lenie Rufs van de Sozialisten me aan alsof ze het in Köln horen donderen. Doelstellingen SMART maken, afgerekend worden op…. die taal spreken ze niet. Ik schat in dat meer de helft dit ziet als een goede kans op een baan als wethouder. Voor velen is dat een forse financiële vooruitgang, en je maakt ook nog eens een kans op een landelijke politieke positie. Dan is het goed formuleren van een resultaat in een coalitieakkoord minder belangrijk. Dan is dat zelfs éng omdat men zelf die resultaten moet behalen. Ik vind dan ook dat de onderhandelaars geen carrièremotieven mogen hebben om zo’n coalitie te laten slagen, maar ik ben waarschijnlijk een uitzondering. Huberto Rossini van het CDU zegt: ”Eens met Joop, we moeten piketpalen slaan, een stip op de horizon zetten maar ook de ruimte bieden in het proces…..” Ik haak af. Wat zegt deze man nou eigenlijk…en hij is niet de enige in het rijtje. Ik spits mijn oren pas weer als Von Kirch de draad weer oppakt waar we vorige keer gebleven waren. Het benoemen van thema’s en het uitwerken daarvan. Ambtelijk is er een voorzet gemaakt, die wat mij betreft uitblinkt in wollig taalgebruik. Ook ontbreekt er een financiële onderbouwing, zodat we wat mij betreft in het luchtledige aan het praten zijn, “wensdenken” zoals John dat altijd noemt. Ik probeer wanhopig in ieder geval de doelstellingen van mijn partij SMART te formuleren. Dat valt niet mee, want de anderen willen eigenlijk niet dat één partij al te concrete doelstellingen formuleert. Vaagheid is het toverwoord zodat het net lijkt alsof je overeenstemming hebt. Maar als Von Kirch onze politici individueel bevraagt wat met een bepaalde alinea bedoeld wordt, interpreteert eenieder dat weer op zijn eigen wijze. En start het herformuleren opnieuw, woord voor woord kruipen we verder naar een concept programma. Ik weet niet wat ik meemaak. 

Na uren overleg, waarin we steeds verder de details in gaan, neemt Leo Prins het woord: ”Mensen, dit gaat zo niet lukken. We moeten het veel globaler houden, en als we dan een keer aan het roer zitten, naar bevind van zaken handelen. Van geval tot geval. Als we nu te strak gaan formuleren dan krijgen we onze achterbannen niet mee en bovendien, kunnen we er zelf straks op afgerekend worden door de oppositie. En dat willen we toch niet?”

Door Johan Weeber

Related Articles