Papieren Tijgers (deel 6)
— 25-05-2018Johan Weeber die tot voor kort in de Goudse gemeenteraad zat voor Gouda Positief baseerde zijn boek op ware gebeurtenissen tussen 2010 en 2018. “Uit respect voor sommige politici zijn bepaalde zaken in dit boek verzonnen. Uit respect voor de kiezers is al het overige zo waarheidsgetrouw mogelijk opgeschreven.”
Het boek verschijnt als feuilleton in deGouda Digitaal.
6. Thuisfront
‘Ting!’ klinkt het vanaf het nachtkastje en ik draai me nog een keer om. ‘Ting!’ klinkt het weer en dan nog een keer en nog een keer. Zuchtend realiseer ik me dat misschien wel weer iets in de stad aan de hand zou kunnen zijn en grijp naar mijn telefoon Het is 5:45. Zestien ‘mentions’ op twitter van dezelfde anonymus. De hele nacht is ie bezig geweest. Variërend van
“Is pluchekever Joop de W. al -wethouder?” of “Koop niet in Joop’s buurtsuper, -smerigheid ten top” tot “Pas op voor de neo-fascisten van SSS”. Afzender: –
@SurfingRonnie. Logo van een wakeboard. Ik glimlach, Solingen ligt op zeker
600 kilometer van een surfstrand….
De laatste weken voor de verkiezingen is het aantal accounts dat zich speciaal op de partij en mijzelf in het bijzonder richt, nogal toegenomen. Een goed teken, vind ik, want dat betekent dat de -zenuwen bij de andere partijen toenemen. Ik ben ervan overtuigd dat veel anonieme -accounts door of namens de politieke collega’s worden beheerd. Of hun achterban. Hoewel er geen echte peilingen zijn in Solingen, zijn lokale partijen in opkomst en zijn de -gevestigde partijen als de dood dat ze -zetels gaan verliezen. Dat laatste is -overigens wel zeker. ‘Ting!’ “Ligt Joop de W. nu met zijn vrouw in bed of met zijn fraaie -lijstgenote?” Zie je wel, weer een account met teveel inside informatie, wel duidelijk waar dat vandaan komt. -Neuriënd loop ik naar de badkamer om een douche te nemen. Mijn ervaring met de lokale politiek de laatste weken heeft ervoor gezorgd dat ik al een behoorlijke olifantshuid heb gekregen. Helaas kan mijn huid niet tegen het bijna kokende water dat uit de douche komt…
Schreeuwend stap ik uit de cabine en probeer mijn rode huid te koelen met koud water uit de kraan. Geschrokken komt Detta binnen en vraagt me wat er in vredesnaam aan de hand is. “Die kloteboiler is kapot, mens dit is levensgevaarlijk, misschien heb ik wel eerstegraads brandwonden.” Detta zet de heetwater knop op 0, duwt me in de kabine en zet de koudwaterkraan open… een kwartier lang blijf ik onder het stromende koude water staan. Langzaam zakt de pijn in mijn huid. Nadat ik me voorzichtig heb droog gedept, smeert Detta me uiterst voorzichtig in met de brandzalf, die we ooit es van een buitenlandse dokter kregen toen één van de kinderen zich gebrand had aan de houtkachel. Supergoed spul. De vurige gloed die ik eerst nog voel, zakt langzaam maar zeker naar draagbare proporties.
“We moeten praten”, zegt Detta even later als we zitten te ontbijten. “Dit kan echt niet langer zo. Sinds jij in de lokale -politiek zit, hebben we alleen maar achteruit geboerd. Zelf werk ik me een slag in de rondte en doe ook nog het huishouden. Alles in dit huis is stuk of gaat binnenkort stuk. Nu is de boiler weer stuk maar ook het dak is lek, de verf bladdert van de kozijnen. De kinderen klagen dat ik ze te weinig geef. En we hebben geen geld om er iets aan te doen. En dat is de schuld van de politiek. Ik ben blij dat je het nu zelf aan den lijve hebt ondervonden, de -kinderen en ik hebben hier dagelijks last van.” Typisch vrouwelijk denk ik, om een man proberen te treffen op het moment dat ie verzwakt is, maar ik zeg: “Ja schat, ik weet het, ik weet het maar al te goed. Maar ik zit juist voor jou en de kids in die lokale politiek. Zodat er een mooie toekomst in Solingen voor ons en vooral de kids bestaat. Op de korte termijn hebben we er inderdaad niks aan. Maar je moet -geduld hebben, alles zal goed komen. Na de -verkiezingen kom ik in rustiger vaarwater, dan kan ik weer es wat geld gaan verdienen met de zaak.”
“De zaak? De zaak? Welke zaak? Denk je nou werkelijk dat die klanten terugkomen in een winkel nadat die weken halfleeg heeft gestaan en waar de keuringsdienst een inval heeft gedaan?” Detta loopt rood aan, ze is echt kwaad zie ik. “Oké, je hebt gelijk”, zeg ik, “ik ga het oplossen, de zaak verhuren of verkopen of stoppen met lokale politiek, een baan nemen, whatever, ik ga daar snel een besluit over nemen”. “Dat is je geraden ook, je moet es stoppen met gratis te werken voor die klotestad, ik heb er helemaal niks mee”, zegt Detta, die uit Emden komt, en ze loopt weg. Ik sta ook op en loop moeizaam naar de winkel beneden, waar ik een enorme puinhoop aantref…
Door Johan Weeber