Weekblad deGouda Archief

Papieren Tijgers (deel 5)

Johan Weeber die tot voor kort in de Goudse gemeenteraad zat voor Gouda Positief baseerde zijn boek op ware gebeurtenissen tussen 2010 en 2018. “Uit respect voor sommige politici zijn bepaalde zaken in dit boek verzonnen. Uit respect voor de kiezers is al het overige zo waarheidsgetrouw mogelijk opgeschreven.”
Het boek verschijnt als feuilleton in deGouda digitaal. 

5. Stolz auf Solingen

Het is zondagmiddag. De winkel is gesloten, maar ik zit, zoals wel vaker, toch te werken in het kantoortje achterin de winkel. Als je een winkel hebt, is er altijd wel iets achterstalligs te doen. Ik ben bezig met omzetcijfers over februari. Die zijn niet best. De bel gaat. Ik loop naar de deur, ontgrendel deze en laat twee mannen binnen. Eén ervan is Rick Dauw, die ik eerder ontmoet heb, de ander stelt zich voor als Pim Wafel (de latere stadsdichter).

Beide zijn bestuurslid van de lokale -afdeling van de landelijke partij Stolz. Stolz is een paar jaar geleden opgericht door een afvallige van de Liberalen. Stolz wil in 2010 in een aantal gemeenten meedoen met de raadsverkiezingen. “Wij zijn hier -gekomen”, valt Rick met de deur in huis, “om je duidelijk te maken dat het geen enkele zin heeft dat jullie -zogenaamde lokale partij meedoet met de ver-kiezingen. Wíj zijn er voor de protest-stem in Solingen`, daar hebben we een hele campagne voor bedacht, daarvoor is Bart Dreize zelfs door onze partij persoonlijk naar Solingen gehaald, en we hebben, in tegenstelling tot jullie, een geweldige lijst mensen die mee willen doen.“ Pim staat naast hem voortdurend te knikken bij elk woord dat Rick uitspreekt.

Ik heb wel eens betere verkopers in mijn zaak gehad. Ik ben dan ook niet echt onder de indruk, en dat zien de heren natuurlijk, waarop ze allebei twee passen naar voren doen en op twintig centimeter van me af komen te staan. Beide zijn langer dan ik, waardoor ik me toch wel enigszins -ongemakkelijk voel als ik vraag: “Ok, ik snap wat jullie willen. Maar hoe gaan jullie regelen dat wij niet mee gaan doen, want dat besluit staat namelijk al vast.” Rick kijkt me doordringend aan, drukt met zijn vinger op mijn borst en zegt: “Ik had je al gezegd dat ik psychiater ben geweest in het gevangeniswezen toch? Ik zie het aan mensen als ze uiteindelijk niet gaan doen wat ze zeggen. En ik zie dat jij zo iemand bent. Hoge bomen vangen veel wind, Joop, en daar moet je straks tegen kunnen in die raad. En dat kún jij niet. Er zijn enorme krachten aan de gang in Solingen, vooral rondom de burgemeester, die wij willen gaan aanpakken. Maar als die krachten zich tegen jou gaan richten, nou berg je dan maar, daarvoor moet je echt -landelijke politieke ervaring hebben en hulp-troepen kunnen inschakelen. Anders gaat het fout met jou, hé-le-maal fout, dan kun je die zaak hier opdoeken en moet je de stad uit!” Ik besluit maar een beetje mee te veren en ze uit te horen over de burgemeester, want daarover had ik ook al de nodige geruchten van klanten gehoord.  “Tja”, zeg ik, “misschien hebben jullie wel gelijk, sterker nog, ik hoop dat onze partij snel overbodig kan worden, als jullie in dat gat springen en het bestuur van onze stad gaan professionaliseren, dan ben ik de eerste om weer te stoppen met politiek, ik heb genoeg andere dingen te doen. Maar, daarvoor is het wel van belang dat ik een goed gevoel heb bij wat jullie nu precies gaan doen aan het bestuur van onze stad.” De ogen van Rick en Pim beginnen nu te glimmen, ik heb raak geschoten zie ik. Rick zegt: “Wij kunnen de burgemeester, de meest gehate man van Solingen, in no time wegkrijgen zodra wij in de gemeente-raad zitten. Wij weten namelijk dingen van hem.” Zijn stem klinkt een octaaf lager dan eerst. Hij kijkt Pim strak aan: ”Zullen we het hem vertellen, Pim?” Voor het eerst zegt Pim iets: “Alleen als hij toezegt dat we gaan samenwerken om die man weg te krijgen.” Ik zeg; “Ik kan dat natuurlijk niet toezeggen als er niets aan de hand blijkt te zijn, maar als er wel wat aan de hand is, dan kan de raadsmeerderheid natuurlijk het vertrouwen in de burgemeester -opzeggen.” Ik lijk al wel een politicus denk ik, maar het heeft het gewenste effect op mijn twee gespreksgenoten die erg ver-beten blijken te zijn op onze burgemeester: “Natuurlijk is er van alles aan de hand bij die SDAP-burgemeester, dat snap jij toch ook wel? Wij weten zoveel over die man, na de verkiezingen kost hem dat de kop, maar ik zal alvast een tipje van de sluier oplichten.” Het hoofd van Rick komt nu op een paar centimeter van de mijne en hij fluistert bijna als hij zegt: “Onze -burgemeester heeft een strandhuis in -Xai-Xai, Mozambique gekregen van de plaatselijke bevolking. In ruil voor -goederen en diensten die de gemeente Solingen heeft geleverd in het kader van ontwikkelingshulp.”

 

Door Johan Weeber

Related Articles