Weekblad deGouda Archief

Toekomst Tijgers 36. Paasbrunch

Dit feuilleton is een vervolg op de Papieren Tijgers met bijna waargebeurde belevenissen (2008-2018). Tijgers Toekomst beschrijft verzonnen gebeurtenissen tussen 2030 en 2040. Toch zou de toekomst er best eens zo uit kunnen gaan zien.  

36 Paasbrunch

 

Nadat we van de ergste schrik bekomen zijn, praten John en ik in het vliegtuig door over het verraad, dat ernstige vormen lijkt aan te nemen. “Wie heb jij verteld dat we naar Edinburgh zouden vliegen?” vraag ik John. Die kijkt me lang aan, knijpt zijn ogen tot spleetjes en zegt: ”Alleen aan jou en piloot Rinze, en Foekje via de crypto.” “Same here” zeg ik, “heb jij gemerkt dat we gevolgd zijn?” John zegt: ”Nee, het moet iets anders zijn. Dit was een goed voorbereide aanval, het leger moet al in de buurt geweest zijn, anders waren ze nooit zo snel ter plaatse geweest.”  We hebben zelf immers tamelijk spontaan besloten om snel te vertrekken. John zegt: ”Mijn vermoeden is dat ze onze landing de vorige keer toch gezien hebben. En daarna een peloton robotsoldaten hebben geïnstalleerd vlakbij de boerderij, in afwachting van onze komst. Joop, wat leert ons dit? Dat ons vertrekpunt nooit meer hetzelfde mag zijn als het landingspunt.” Ik werp tegen dat het vliegtuig dan elke keer een extra vlucht moet maken. En dat er daardoor meer kans op ontdekking is.  “Het lijkt me nog beter dat we voorlopig zo min mogelijk vliegen. Als we teruggaan moeten we ons voorbereiden op een verblijf van minimaal een jaar, waarin we ook het Regiem weg moeten zien te krijgen.” John knikt moeizaam en zegt dat hij dit thuis echt niet hoeft te vertellen. Foekje is het spuugzat dat ze hem zo weinig ziet. Detta heeft zich in mijn richting ook al zo uitgelaten. Gelukkig kunnen we nu wel bij de Paasbrunch zijn die ze overmorgen georganiseerd hebben voor onze gezinnen. Het vliegtuig zet de landing in en enige tijd later zitten we in een taxi op weg naar huis. Elke keer als ik zo lang weggeweest ben vallen me de verschillen met het vasteland op. We staan zowaar in een file, een verschijnsel dat niet meer bestaat in ons oude land. Ik zie florerende bedrijventerreinen, mooie buitenwijken en veel hijskranen waaruit blijkt dat er volop gebouwd wordt. We rijden op goed onderhouden wegen met vrijwel alleen maar auto’s van boven de ton. Die rijden bijna gratis elektrisch vanwege de overvloed aan stroom. Zelfs het klimaat is hier beter dan thuis. Door de invloed van de zee heeft Schotland nu door de klimaatcrisis het klimaat van het Noord-Frankrijk van vroeger. Nog geen palmbomen zoals in ons land, maar wel een uitbundige groene vegetatie. En het goede nieuws is: elk jaar neemt de gemiddelde temperatuur op aarde iets af door de verminderde CO2 uitstoot. Of het komt door de nieuwe armoede in grote delen van de wereld, of door het gebruik van zonne, wind en kernenergie, daarover zijn de geleerden het niet eens. Daarnaast heeft het VK, waar bijna alle moderne technologie wordt ontwikkeld, een techniek ontwikkeld om CO2 met water (H2O) te gebruiken om waterstofgas (H2) en een ongevaarlijk restproduct te produceren. Het vasteland loopt in alle opzichten hopeloos achter. Door toedoen van de politici van het Regiem.

 

We zitten aan een lange tafel bij John en Foekje thuis. De zon schijnt naar binnen in de enorme woonkamer van het fantastische Victoriaanse huis dat ze hier in Edinburgh bewonen. Foekje heeft het vrijwel alleen opgeknapt. “Met de hulp van wat leuke Schotse klusjesmannen”, zoals ze zelf altijd aan iedereen die het maar horen wil met een vette knipoog vertelt. De kinderen van John en Foekje, zitten tegenover die van ons aan tafel. Eind twintigers, begin dertigers. Wat een verschil met de jongeren in ons oude Nederland, denk ik, als ik naar ze kijk. De rijkdom, niet alleen financieel, straalt van ze af. Ze hebben alle zes goedbetaalde banen of een goedlopend bedrijf. Die van Detta en mij doen iets in de kunst, wetenschap en muziek, die van John en Foekje zitten in de gas, olie en internationaal recht. Volstrekt verschillende richtingen dus, maar het gesprek is geanimeerd en gaat zo snel dat wij ouderen het bijna niet kunnen volgen. Foekje en Detta hebben bedacht dat we onze jarenlange vriendschap eens moeten vieren. We toasten met bubbels en John en ik houden allebei een korte speech over het heroveren van ons geboorteland. Ik zie echter aan de reacties van de kinderen dat ze het eigenlijk niet echt boeit wat er met het vasteland gaat gebeuren. Natuurlijk vinden ze het reuze interessant wat John en ik te vertellen hebben, maar zij hebben hun leven hier opgebouwd en zullen ook niet snel teruggaan. Waarschijnlijk zelfs nooit. We praten erover door.  Detta zegt tegen John en mij: ”Ik zie een parallel. Ooit waren jullie erg actief in de lokale politiek. Jullie stortten je hele ziel en zaligheid daarin. Toen al zeiden de kids, dat ze bijna zeker wisten dat ze niet in Solingen zouden blijven wonen. En dat lokale politiek dus een leuke hobby van papa was, maar dat zij er weinig mee hadden.” Foekje en de kinderen knikken. John zegt: ”Daar heb je wel een punt. We geven het op. We laten ons land lekker aan zijn lot over en blijven hier.” Iedereen kijkt verbaasd naar de grote verzetsman.  Die vervolgens in lachen uitbarst en zegt: “Natuurlijk niet. A man ‘s gotta do, what a man ‘s gotta do, zoals mijn naamgenoot Wayne al zei.” Ik vertel het verhaal van de schoolvriendin van Roxy, onze oudste, die ik met haar man en kind op straat tegenkwam. Compleet met AR bril om de werkelijkheid te verhullen. Hoe triest hun leven eruitziet. Hoe primitief ze wonen en werken.  De kinderen luisteren nu aandachtig.  Ook John heeft nog een paar afschuwelijke verhalen over hoe het er nu aan toe gaat in ons land. Aan het einde van de brunch zijn onze vrouwen en kinderen ervan overtuigd dat John en ik door moeten gaan met ons verzet tegen het Regiem. En dat zo snel mogelijk moeten omverwerpen. En hoewel dat niet onze vooropgezette bedoeling was met deze Paasbrunch, hebben we full support van het thuisfront om lange tijd weg te blijven.

 

Door Johan Weeber

Related Articles